Alea iacta est’, sprak Bart De Wever (N-VA) op 31 januari om zijn succesvolle formatie te bezegelen. Hij had ook de woorden van Neil Amstrong kunnen gebruiken toen Apollo 11 in 1969 op de maan landde: ‘The eagle has landed.’ De Antwerpse adelaar was geland in de Wetstraat 16, en dat voelt voor velen toch nog altijd een beetje onwennig.
De Belgische machtsgreep van N-VA op federaal niveau is een logisch gevolg van de voortdurende weigering van alle Franstalige toppolitici om het gesprek over confederalisme aan te gaan. Het enige alternatief dat N-VA als grootste partij van het land dan rest is de ‘état belgo-flamand’, een Belgische constructie waarin Vlaanderen de dominante speler is.
De eerste poging daartoe met de Zweedse regering-Michel I was nog schuchter omdat De Wever zelf besloot als schaduwpremier in Antwerpen te blijven. Maar vandaag is N-VA op federaal niveau machtiger dan ooit tevoren. Niet alleen levert de partij nu de premier, ook het Vlaamse overwicht in het kernkabinet spreekt boekdelen.
Bovendien wordt deze constructie, in tegenstelling tot de Zweedse, wél gedragen door een meerderheid in beide gemeenschappen, wat de legitimiteit van de premier erg versterkt en ’tweehoofdig’ beleid mogelijk maakt. Ook de N-VA-achterban lijkt zich vandaag met genoegen knusjes te nestelen in de Belgische machtscenakels.
Zelfs een hardliner als Theo Francken (N-VA) lijkt vooral luidop te dromen van een sterker Belgisch leger onder zijn hoede, in plaats van een vrije Vlaamse natie.
Duidelijke strategie
De strategie daarachter is duidelijk: als de Franstaligen niet bereid zijn in gesprek te gaan over het confederalisme, is een federaal België alleen interessant wanneer het Vlaamse numerieke overwicht effectief doorweegt. Paul Magnette (PS) klaagde op X al dat bijna alle belangrijke bevoegdheden voortaan in Vlaamse handen zijn: belastingen, gezondheidszorg, pensioenen, justitie en koopkracht.
Het doel is deze keer om minstens tien jaar aan de Belgische macht te blijven
Bij de Zweedse regering behield PS bovendien haar macht in Wallonië, maar vandaag zit de partij overal in de oppositie. De hoop van De Wever is ongetwijfeld dat dat het Waalse regionalisme bij de socialisten weer zal aanwakkeren. De fout om te snel uit Michel I te stappen door het VN-migratiepact zal Bart De Wever niet opnieuw maken. Het doel is deze keer om minstens tien jaar aan de Belgische macht te blijven. Of zelfs zolang dat nodig is.
Brussel
De federale machtsgreep heeft ook belangrijke gevolgen voor Brussel. De interesse van de Vlaams-nationale partijen voor de hoofdstad stond de laatste decennia op een bedroevend laag pitje. De duidelijke omslag rond het streven naar maximale Vlaamse macht binnen een federaal België betekent logischerwijze ook dat N-VA zich weer intenser met Brussel zal moeien. Wie een land wil domineren, moet ook in de hoofdstad macht kunnen uitoefenen.
De opgelegde fusie van de Brusselse politiezones moet daarom ook vanuit dat perspectief gezien worden. Voor MR en vooral Les Engagés is dat lastig, omdat hun eigen Brusselse burgemeesters duidelijk niet volgen. Maar veel keuze hebben ze niet, want de budgettaire situatie is in Brussel zo rampzalig dat ze de federale regering nog hard nodig zullen hebben.
Druk op PS-voorzitter
De nieuwe situatie federaal drijft ook de Brusselse PS-voorzitter Ahmed Laaouej almaar verder in het nauw. Zijn virulente oppositie tegen N-VA en zijn weigering om er zelfs maar mee aan tafel te zitten dreigen in zijn gezicht te ontploffen. De tijd staat ook niet aan zijn kant: het uitblijven van een Brusselse regering zal de rating van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verder doen dalen, wat de budgettaire situatie nog nijpender zal maken.
Bovendien zal de beperking van de werkloosheid in de tijd de druk op de Brusselse OCMW’s, waar net PS vaak aan de knoppen zit, ondraaglijk maken. Een koppig potje armworstelen met de machtigste partij van het land is dan waarschijnlijk niet de beste keuze.
Vlaanderen
De hele machtsgreep van N-VA op federaal niveau is dus wel begrijpelijk, maar de zwakke plek bevindt zich paradoxaal genoeg in het eigen Vlaanderen. Daar waar het pure machtsstreven federaal de Vlaamse belangen lijkt te dienen, ondermijnt datzelfde machtsstreven op Vlaams niveau de eigen deelstaat.Vraag aan Jan Modaal één domein waarop de Vlaamse regering een pioniersrol heeft gespeeld. Een antwoord zal je niet krijgen
Al tien jaar leidt N-VA onafgebroken de Vlaamse regering, maar vraag aan Jan Modaal één domein waarop de Vlaamse regering een pioniersrol heeft gespeeld. Een antwoord zal je niet krijgen, wel een uiting van diepe ongerustheid over onderwijs, ouderenzorg, mobiliteit en oplopende Vlaamse facturen.
Een kernprobleem is dat de Vlaamse regering zich eigenlijk veel te veel middelen toe-eigent. In plaats van de Vlaamse belastingen te laten dalen, zoals professor fiscaal recht Mark Delanote op X bepleitte, wordt dat belastinggeld verder ‘geïnvesteerd’ in de Vlaamse staat.
Maar een teveel aan eigen ambtenaren en agentschappen leidt ertoe dat regels worden ingevoerd waar niemand om heeft gevraagd. Zo krijgt de Vlaming eerder een afkeer van de eigen verstikkende regulitis dan dat hij begeesterd wordt door de Vlaamse natie. De Belgische machtsgreep verlost ons dus niet van de betuttelende Vlaamse verzorgingsstaat.
Antwerpen
Daarnaast is de machtsconcentratie rond Antwerpen ongezond. Het is niet omdat een grote haven zichzelf ziet als motor van de Vlaamse economie, dat inwoners van het Vlaamse platteland vrede moet nemen met wat kruimels. Het is al langer een pijnpunt dat er te weinig geïnvesteerd wordt in landelijke gebieden. De invoering van de vijftien regio’s kan helpen om de macht meer te decentraliseren, maar wie tegelijkertijd ook de vijf provincies behoudt is toch vooral een dikke en dure lasagne aan het bereiden.
Tot slot is de Vlaamse deelstaat ook geen baken van democratie. In het Vlaamse zwijgparlement zijn parlementsleden gedegradeerd tot bijzitters. De eigen regels maken bovendien dat zij die onafhankelijk willen worden, meteen hun eigen politieke doodsvonnis tekenen. De Vlaamse democratie werd en wordt uitgetekend door federale machtspolitici, niet door overtuigde Vlaamse democraten.
De kiesdrempel blijft in voege en partijfinanciering volgt pas bij vijf parlementsleden. Dat werkt het model van de almachtige partijvoorzitters verder in de hand, terwijl Vlaanderen eigenlijk schreeuwt om nieuwe politieke impulsen van onderuit.
0 reacties